De herinneringscentra van de voormalige concentratiekampen in Vught en Amersfoort, het Nationaal Monument Oranjehotel (foto boven) en het Indisch Herinneringscentrum (foto onder) in Den Haag pleiten voor meer financiële steun bij de vaste Kamercommissie van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). De vier herinneringscentra hebben gezamenlijk een brief gestuurd aan de Kamercommissie, nadat het herinneringscentrum Kamp Westerbork kort ervoor al de noodklok luidde.

De herinneringscentra zien zich geconfronteerd met een financiële ondersteuning die al jaren knelt. De huidige exploitatiesubsidie die VWS sinds 1998 toekent, is vooral bestemd voor behoud en beheer. Ruimte om de organisaties te ontwikkelen is er niet. Daarom volgen de herinneringscentra het voorbeeld van Kamp Westerbork en roepen zij de politiek op voor meer structurele ondersteuning.

"Door de gestegen kosten, waarvan de materiële kosten onder beheer en behoud niet geïndexeerd worden, is het onmogelijk om als organisatie te kunnen blijven ontwikkelen", aldus de vier organisaties. "Terwijl de gestegen bezoekersaantallen, de toenemende vraag naar educatie en maatschappelijke tendensen als polarisatie en toenemend antisemitisme die ontwikkeling eisen. Daarnaast brengt de museale functie en openstelling van deze authentieke plekken van collectief leed verplichtingen met zich mee."

"Met steevast een kleine staf en veel vrijwilligers hebben wij ook een groot bereik en maatschappelijk effect voor relatief lage financiële ondersteuning, die al jaren knelt en dat ook meermaals hebben aangegeven bij het ministerie van VWS", schrijven de vier directeuren van de herinneringscentra. "Daarom willen wij hierbij ook nadrukkelijk bij u, als vaste Kamercommissie, de aandacht vragen voor de financiële problematiek die wij ervaren. Wij hopen zeer dat u onze gezamenlijke problematiek mee wilt nemen in uw afweging omtrent meer structurele ondersteuning voor dit fundament onder een gezonde en weerbare samenleving."

Tekst gaat door onder foto.

Foto: PR.

Oranjehotel en Sophiahof

Directeur Anke van der Laan van het Nationaal Monument Oranjehotel op Scheveningen voegt toe: "Het Oranjehotel, de voormalige nazi-gevangenis, is in de vijf jaar van zijn bestaan uitgegroeid tot een goed bezochte en gewaardeerde plek van besef hoe kwetsbaar vrijheid is. Met een personeelsbestand van 4 fulltimers en 100 vrijwilligers ontvangen we ongeveer 40.000 bezoekers. Onderwijsgroepen weten ons ook steeds meer te vinden sinds de opening van Oranjehotel Junior. De druk op het personeel is heel groot en wordt straks echt te groot. Deze kwetsbaarheid heeft grote risico's."

“Het Indisch Herinneringscentrum deelt zijn locatie met vier andere organisaties. Gezamenlijk geven wij invulling aan ‘Museum Sophiahof. Van Indië tot nu’", zegt directeur Yvonne van Genugten van het Indisch Herinneringscentrum. "Als herinneringscentrum kunnen wij met onze beperkte ruimte en dito personele capaciteit, maar beperkt tegemoetkomen aan de toegenomen vraag vanuit het onderwijs, die voortkomt uit sterk toegenomen belangstelling voor de gedeelde geschiedenis van Nederland en Indonesië. De sterk gestegen kosten in combinatie met de beperkte indexering vanuit het ministerie van VWS zorgen ervoor dat wij financieel in de knel komen te zitten."